Gelijknamige kinderen in één gezin kunnen voor genealogische hoofdbrekens zorgen. Indien beide gelijknamige kinderen, of één van beiden, getrouwd zijn/is, dan rijst de vraag wie is met wie getrouwd. Soms geeft een schepenakte daarover uitsluitsel zoals in het geval van de twee dochters Barbel van Marinus Christiaen Dirven, hieronder beschreven. Maar in het geval van de zonen Cornelis van het echtpaar Adriaen Dielissen de Wael en Janneken Cornelisen van Rockveen tasten we in het duister wie met wie getrouwd is. De huwelijken van de zonen Marijn van het echtpaar Wouter Cornelissen Braet en Lijsbeth Marijnissen Boeren verdienen nader onderzoek. Ook zijn er voorbeelden bekend van drie gelijknamige kinderen in één gezin. Het bekendste voorbeeld in West-Brabant is het Sprundelse gezin van Adriaen Cornelis van Nispen en Heilwigis Cornelissen waarin drie zonen met de naam Jan. Namelijk Jan van Nispen de oudste, Jan van Nispen de naest jonghste en Jan van Nispen de jongste. In het gezin van Jan Janssen Domen en zijn echtgenote te Rucphen vinden we drie dochters met de naam Janneken die alle drie bij het overlijden van hun ouders nog in leven zijn (zie hieronder).
Maeijken Lenaerts Bogaerts en Maeijken Lenaerts Bogaerts de jonge
In een akte van bekendheid van 24 augustus 1618 verklaarden twee Roosendaalse schepenendat zij gekend hebben Lenaert Claes Bogaerts, in de wandelinge genaempt Quistgelt, Hij heeft drie kinderen nagelaten waaronder twee dochters met de naam Maeijken. De oudste Maeijken Lenaerts is getrouwd met Adriaen Adriaenssen Conincx wonende te Schijf. De andere Maeijken Lenaerts, die men in de wandeling noempde Maeijken de jonge is overleden te Nispen en was getrouwd met Niclaes Laureijssen.
WBA: Roosendaal en NIspen; R420, fol. 19r-20r.
Adriaentken Pieterssen d`oude en Adriaentken Pieterssen d’jonge
In een Roosendaalse schepenakte van 28 januari 1628 verschijnt Pieter Pieterssen Stoutaert die mede optreedt namens Adriaentken Pieterssen d`oude en Adriaentken Pieterssen d’jonge waarvan gezegd wordt beiden sijne susters.
WBA: Roosendaal en Nispen; R237, fol. 47r {Img53}.
Groote Baeij en Cleijn Baeijke
Volgens een Roosendaalse schepenakte, gedateerd 9 februari 1636, waren er in het gezin van Marinus Christiaens Dirven en Jenneke Jans Spits twee dochters met de naam Barbara. Beide dochters bereikten de volwassen leeftijd en beiden zijn ook getrouwd. In het dagelijks leven werden de dochters Barbel of Baeijke genoemd. De oudste dochter van die naam vinden we vermeld als Groote Baeij (*1614) en de jongste dochter als Cleijn Baeijke (*1616). Groote Baeij was getrouwd met de kleermaker Huijbrecht Pieters de Wijs en Cleijn Baeijke met Jan Jans Timmermans. In een akte van 13 maart 1635 komt Groote Baeij voor als Baeijken d’outste dochter van Marinus Christiaensen Dijrven getrouwd met Huijbrecht Pietersen de Wijse en in een akte van 2 maart 1637 wordt zij genoemd Barbara Marinus Dirven d’oude, echtgenote van Huijbrecht de Wijse.
WBA: Roosendaal en Nispen; R422, ongefolieerd.
WBA: Roosendaal en Nispen; R342, fol. 22r-v {Img108-109}.
Cornelis Adriaensen de Wael den oudsten en den jongsten
Volgens een Wouwse schepenakte, gedateerd 5 juni 1663, waren er in het gezin van Adriaen Dielissen de Wael en Janneken Cornelissen van Rockveen twee zonen met de naam Cornelis. Beide zonen Cornelis hebben de volwassen leeftijd bereikt en zijn getrouwd. De oudste zoon van die naam vinden we in die schepenakte vermeld als Cornelis Adriaensen den Oudsten (*1634) en de jongste zoon als Cornelis Adriaensen den Jongsten (*1636).
WBA: Wouw; R1907, fol. 197v-198r.
Marijn Braet en Marijn Braet
Volgens een Rucphense schepenakte gedateerd 29 maart 1727 waren er in het gezin van Wouter Cornelissen Braet en Lijsbeth Marijnissen Boeren twee zonen die Marijn heten. In de betreffende akte staan negen kinderen vermeld waaronder Marijn Braet (20 jaar oud) en nog een Marijn Braet (oud 11 jaar). Beide zonen hebben de volwassen leeftijd bereikt. Volgens de stamboom Braet is Marijn de oudste in 1750 getrouwd met Cornelia Cornelissen van Ginneken en Marijn de jongste in 1740 met Helena van Gastel. De argumentatie voor deze conclusie ontbreekt echter.
WBA: Rucphen; R48, ongefolieerd.
P. Braat; stamboom Braat, handgeschreven genealogie geraadpleegd in het voormalig Gemeentearchief van Roosendaal en Nispen.
Janneken, Janneken en Janneken Domen
6 april 1701
Compareerde voor officier en schepenen deser heerlijkheijd Rucphen naergenoemt Jan Anthonij Ditvors als vooght over de vijf minderjarige weesen van wijlen Jan Janssen Domen en desselfs naergelaete weduwe mede overleden met naeme Jacobmijn, Adriaentje, Janneken als nog twee Janneken geheeten, als mede Jan Aerden als toesiender over deselve weesen.
WBA: Rucphen; R44-1.
Jan Adriaensen Goorden en Jan Adriaensen Goorden
Op 27 maart 1710 wordt een inventaris opgemaakt van de onroerende goederen van het echtpaar Pieter Weijten en Cornelia Meeus Marquies die beiden zijn overleden. De goederen worden verdeeld in vier staken, namelijk 1) de zeven niet met name genoemde kinderen van Pieternella Pietersen Weijten verwekt waarvan de vader is Adriaen Jacob Goorden, 2) Meeus Pietersen Weijten, 3) Wijnant Pieteren Weijten en 4) Anthonis Pietersen Weijten. Uit de daarop volgende smaldeling (19 april 1710) tussen de kinderen leren we de kinderen Goorden kennen. Dit zijn: Cornelis, Jan, Paulijntje, Jan, Marijn, Pieter en Adriaen Jacob Goorden.
WBA: Rucphen; R46-89-90.
Marinus Adriaensen Gommers de oudste en Marinus Adrianensen Gommers de jongste
In het gezin van Adriaen Gommer Thomas en Petronella Cornelis Joannis worden tien kinderen geboren waaronder twee met de naam Marinus. Beiden Marinussen trouwen. Marinus Adriaens Gommers de oudste trouwt met Geertrui Pietersen Commissaris en Marinus Adriaens Gommers de jongste trouwt met Janneken Lambrechtsen Bijl.
Genealogische database E.G. Boeren.