eigenaren:
- Pieter van Gogh †1783
- Johanna van Aart †1787 (weduwe van Pieter van Gogh)
- 1787-1788 de kinderen van Pieter van Gogh en Johanna van Aart
- 1788-1803 Hendrik Smeekens
- 1803-1820 Michiel van Hal (X Cornelia Uijtdewilligen)
- 1820- Maria (komt ook voor als Anna Maria) Kerstens (weduwe van Adriaan Jongeneelen †1817)
25 februari 1788
Lucas van Gogh, meererjarige jm in eigen naam, Andries Raaijmaakers X Helena van Gogh in eigen naam en zij beiden voor hun zusters Elisabeth en Ida van Gogh, meerderjarige jd’s en voor Cornelis van Aart X Adriana Maria van Gogh wonende op de Leur en voor Hendrik van Steen X Dingena van Gogh wonende te Stabroek, allen kinderen en erfgenamen van Johanna van Aart die in leven weduwe en erfgename was van Pieter van Gogh vesten Hendrik Smeekens in een huis, twee schuren, twee hoven, grutterij en erf annex den anderen. Schotboek: fol. 148v. Belast met een cijns van 10 st/jr aan de Prins van Oranje en een cijns van 5 st/jr aan het Gasthuis.
WBA: Roosendaal en Nispen; R345, ongefolieerd {Img159}.
===
28 november 1803
Hendrik Smeekens vest Michiel van Hal in een huis, twee schuren, twee hoven, grutterij en erf annex malkanderen aan de Hoge Brug. O: de vaart, W: Cornelis Kampen, Z: Andries van Reusel en Michiel Damen en N: de straat. Belast met een cijns van 10 st/jr aan de Domeinen en een cijns van 5 st/jr aan het Gasthuis. Koopcontract: 26 oktober 1803. Koopsom 3.700 gld.
WBA: Roosendaal en Nispen; AMu567, pag. 391-392 {Img..}
===
11 en 25 januari 1820
Op verzoek van Michiel van Hal, grutter wonende in huis B64, in eigen naam en als vader en voogd van zijn drie minderjarige kinderen genaamd Petrus, Cornelis en Leonardus verwekt bij Cornelia Uijtdewilligen in aanwezigheid van Johannes Uijtdewilligen kandbouwman wonende te Nispen als toeziende voogd verkoopt bij publieke veiling onder andere: 1e koop: een huis met de daar bij staande grutmolen, twee schuren, hof; samen circa 200R aan malkanderen aan de zuidzijde van de Molenstraat B64 zijnde eene van oud bekalante grutterij. O: de vaartkant, Z: Engelbert van Tilburg en Andries van Reusel, W: Josephus Kampen en N: de straat. De verkoper aangekomen bij akte akte van koop en veste van 26 oktober en 28 november 1803. Belast met een cijns van 10 st/jr aan de Domeinen en een cijns van 5 st/jr aan het Gasthuis. Koopsom: 2.040 gld. Koopster: Maria Kerstens weduwe van Adriaan Jongeneelen, landbouweres wonende te Roosendaal.
WBA: Roosendaal; notaris P.van Vught, N6957-2 en 13 {Img404-410}.
Schotboek
JS188v {Img254}
Modo de kinderen als fol. 148v
Johanna Catharina van Aart, weduwe van Pieter van Gogh uit Adriaan van der Heijden fol. 335v bij veste van 5 april 1784
- een schuur sijnde voor deezen geweest eene brouwerije aan de zuidzijde van de Molenstraat op 1£
- een hof en weide daarachter nu op 1£ 15st. Habet Hendrik Smeekens voor een gedeelte en Andries van Reusel mede voor een gedeelte
- een erf aan de Krommedraai aan de vaart voor desen betimmert met twee woninkxkens op 1£ 10st. Habet Andries van Reusel bij veste van 12 mei 1784
JS188v {Img254}
Hendrik Smeekens uit de kinderen van Pieter van Gogh fol. 148v en 188v hier boven volgens veste van 25 februari 1788
- een huis en erf op het einde van de Molenstraat aan de Hoge Brug aan de vaart op 10£
- een erf daarachter nu betimmert met een grutmolen op 1£
- een grote schuur voor deze geweest een brouwerij staande ten westen van het voorschreven huis, gekomen van Adriaen van der Heijden
Habet Machiel van Hal bij veste van 28 november 1803 fol. NCMa32.